Stel eerst de Aurora-database in om eindpunten te hebben waar de software verbinding mee kan maken. Configureer vervolgens de eerste Triofox-node en zorg ervoor dat alles werkt in een enkele node-opstelling. Na verificatie voegt u de tweede node toe aan het cluster. Zorg ervoor dat de database aanvankelijk leeg wordt gemaakt en dat elke node verbinding maakt met deze database om zich bij het cluster aan te sluiten.